Nadat graficus Vincent van Ojen de eerste prijs won bij Dutch Graphic Art bouwde hij met zijn houtsnedes een geweldig oeuvre op. Schijnbaar moeiteloos weet hij platen hout zó in te snijden, dat de inkt via het resterende materiaal de meest fraaie stillevens en landschappen op papier tovert.
Het was een Duitse ansichtkaart uit 1930, van een landschap met een huis in de bossen, die Van Ojen op een nieuw spoor zette in zijn kunstenaarschap. Aanvankelijk schilderde hij steeds meer varianten op basis van steeds dezelfde foto. Maar omdat de thematiek - ‘Huis in het bos’ – vast stond, ontstond ruimte voor andere aspecten zoals kleur. “Ik ontdekte de fundamentele kwaliteit van kleur”, zegt hij nu. “Het besef groeide dat kleur belangijker voor mij is dan ik altijd had gedacht.”
Die omslag leidde gaandeweg tot een enorme kleurenrijkdom en -felheid in zijn werk. “Kleur heeft een enorme zeggingskracht”, mijmert van Ojen, “En: kleur is niet alleen de kleur van iets. Kleur is zélf iets. De ultieme eigenschap van kleur is dat ze uiteindelijk losgekoppeld kan worden van vorm. Kleur is dan de ordening zelf.”
Die filosofie is terug te zien in de tentoonstelling van olieverven waarmee Galerie de Vis deze grijze wintermaanden opfleurt. De bloemmotieven die met een ruimhartige, vlotte toets op het doek zijn gezet ademen een vrolijke sfeer waarbij kleuren, vlakken en lijnen tot een evenwichtig beeld zijn geschikt. De expositie bij Galerie de Vis is te zien op donderdag en vrijdag van 12.30 tot 17.00 uur en op zaterdag vanaf 11.00 uur.