Wim van der Veer is in meerdere opzichten een laatbloeier. Hij was al hard op weg naar de veertig toen hij alsnog de avondopleiding van Academie Minerva ging volgen. En nu, als vitale zeventigjarige, gedijt hij als schilder nog steeds en produceert hij regelmatig nieuw werk. Dat daarbij ook veel havengezichten zijn was voor Galerie de Vis in Harlingen nog een extra reden een expositie in te richten. Van 2 mei tot en met 21 juni is Van der Veers werk te zien in een paralleltentoonstelling met Het Hannemahuis, het Harlinger centrum voor Cultuur en Historie.

Volgens galeriehoudster Geke Westenberg is Van der Veer een expressionist in de ware zin van het woord. “Het Leeuwarder Princessehof toonde destijds werk van hem ter gelegenheid van zijn 50ste verjaardag. Hij verraste iedereen toen met een serie abstracte schilderijen. Nu is het tijd om een overzicht te bieden van de landschappen, havens en stillevens die Wim in de periode daarna op het doek zette. Het is zó eerlijk, zó puur... Eigenlijk is zijn schilderkunst opmerkelijk gewoon!”

Thuisland
Wie thuis blijft kan soms veel verhalen. En ‘thuis’ is voor Wim van der Veer al decennia lang synoniem aan Friesland – al flirt hij sinds de zeventiger jaren ook openlijk met Frankrijk.
“De akkers in Het Bildt, de Hallumer mieden en de zuidwesthoek van Friesland: we hebben hier toch alles wat een mens nodig heeft?”.
Van der Veer vindt zijn inspiratie in uiteenwaaiend eendenkroos en in koeien, dorpen en vergezichten. Zijn schilderijen beschouwt hij als vensters op zijn eigen wereld. Vanaf het fietszadel neemt hij het Friese land in zich op, het schetsboek klaar voor gebruik in de fietstas. Zo legt hij, in een nog steeds voortdurende gestage stroom van honderden etsen, tekeningen, schilderijen en aquarellen, het alledaagse leven in het heitelân vast.

Onstuitbaar
Van der Veer heeft vanaf zijn vroegste jeugd naar wegen gezocht om indrukken vast te leggen. Op de lagere school stonden er tekeningen in zijn taalschrift, tijdens zijn Ambachtsschooljaren keek hij vooral uit naar de tekenlessen in het weekend en in 1960 werd hij het jongste lid van de kunstenaarsgroep ‘It Frysk Palet’. Pas in de jaren zeventig volgde hij alsnog de avondopleiding aan Academie Minerva – net als water kruipt het bloed nu eenmaal waar het niet gaan kan.

In de “gekleurde emotie” heeft Van der Veer zijn beeldtaal gevonden. Een eerlijker vorm van schilderkunst is immers nauwelijks denkbaar: direct, spontaan, vol stemming en zonder overbodige detaillering. Zijn beeldverhalen zijn herkenbaar uit duizenden door de rake tekening van het Friese landschap en de ferme toets. En de zeggingskracht is groot: zijn schilderijen hangen inmiddels in alle windstreken van de wereld.