12 oktober t/m 15 december 2012

Myra de Vries toont landschappen – weidse, verlaten, natuurlijke en stedelijke –  waarin vaak een ongrijpbare dreiging voelbaar is. ‘Niets is zeker, zelfs niet het landschap.’ zegt Myra de Vries, ‘Huizen zijn geen veilige omhulsels meer, ze worden bedreigd door hun omgeving.’ Het landschap is veel meer dan alleen wat wij zien. Landschap draagt onhoorbaar en soms ook onzichtbaar een geschiedenis in zich. Denk aan routes, lengte- en breedtegraden, toekomstplannen... Die elementen geven haar landschappen extra zeggingskracht.

Martijn Lucas van Erp (Heerlen, 1975) studeerde aan de Academie voor Beeldende Kunsten te Maastricht. Zijn meest recente werken ontstonden ‘en plein air’, in de buitenlucht dus, geïnspireerd op de Group of Seven waarvan hij de schilderijen enkele jaren geleden in Canada zag. Sindsdien probeert hij deze werkwijze te vertalen naar de Nederlandse natuur en zijn persoonlijke schilderwijze. ‘Het zomerse spel van warm helder licht op het bosrijke landschap geeft een diversiteit van kleurschakeringen’, zegt Van Erp, ‘en daarin probeer ik in de verf-vertaling een gevoelstemperatuur mee te geven’. Die werkwijze resulteert in fantasie-landschappen in olieverf op doek. In zijn schilderijen is de nadruk de laatste jaren verschoven van een duidelijk onderwerp en een achtergrond naar de uitdrukking van een bepaalde ruimtelijkheid. Het resultaat is ook voor de kunstenaar zelf onvoorspelbaar. ‘Tijdens het schilderen verkeer ik vaak in een soort roes van zoeken en kijken, en het eindresultaat ervaar ik naderhand ook vaak als een verrassing. Een goed schilderij zie ik daarom ook meer als een cadeau dan als een individueel bereikt doel.’

Galerie de Vis combineert het werk van deze twee nieuwere landschapsschilders overigens met twee ‘klassiekers’. Het kwartet wordt gecompleteerd door de noordelijke kunstenaars Jentsje Popma en Gertjan Scholte-Albers. Alle vier presenteren ze een volstrekt andere visie op het landschap.